Vers gras gunstig voor lagere emissies
Vers gras in het rantsoen is een goede basis om de emissies van methaan (CH4) en ammoniak (NH3) te verlagen. Dat blijkt uit onderzoek van het praktijkproject Graslandmanagement.
De melkveebedrijven in dit project sturen aan op jaarrond maximaal 155 ruw eiwit (re) per kg droge stof in het rantsoen en een maximale emissiefactor (ef) van 18,5 aan CH4 per kg droge stof.
Lagere emissiefactor lastig
Vers gras bevat veel ruw eiwit, maar doorgaans is het darmverteerbaar eiwit (dve) hoger dan van graskuil. Daarnaast is de verhouding dve-oeb vaak veel gunstiger. In perioden met veel vers weidegras of met hoge ruweiwitgehalten in het verse gras vergt het meer vakmanschap om het totale rantsoen op 155 ruw eiwit per kg droge stof te houden. Vers gras is ook gunstiger als het gaat om de emissiefactor voor methaan uit de pens.
Toch lukte het de projectbedrijven niet om gemiddeld onder de emissiefactor 18,5 te komen, zo schrijven de onderzoekers. ‘Als we weten dat vers gras altijd gelijk is aan of lager is dan 18,5 ef, is het interessant om te zien wat de invloed van de rest van het rantsoen is. Hieruit blijkt dat vers gras het gewenste effect heeft op de emissiefactor van het rantsoen. Maar ook dat een groot deel van de lagere emissiefactor tenietgedaan wordt door de rest van het rantsoen, via de componenten graskuil en zeker ook krachtvoer. Mais heeft een gemiddeld effect, een hogere of lagere emissiefactor is vooral afhankelijk van de kwaliteit en het zetmeelgehalte.’
Minimaal 5 kg droge stof uit vers gras
Tot een succesvol rantsoen komen met een ruweiwittotaal onder de 155 gram én een emissiefactor van CH4 onder de 18,5 is een zoektocht volgens de onderzoekers. De kwaliteit van bijgevoerd gras- en maiskuil heeft grote invloed. Maar ook niet alle krachtvoeders scoren laag genoeg om onder de emissiefactor 18,5 uit te komen.
De onderzoekers geven aan dat minimaal 5 kg droge stof vers gras per dag een mooie basis voor een laag ruweiwitgehalte en een lage emissiefactor in het totale rantsoen. Dat lukt bij bedrijven die veel vers gras kunnen laten vreten via weidegang en stalvoeren. In de afgelopen drie jaar hebben de pilotbedrijven dan ook ruim 200 dagen vers gras kunnen benutten.