Aantal melkveebedrijven met overproductie van mest daalt
Het aantal melkveebedrijven met een mestoverschot is in 2021 met 6 procentpunt gedaald.
Afgelopen jaar produceerde driekwart van de melkveebedrijven (73 procent) meer dierlijke mest dan volgens de gebruiksnormen op eigen grond mag worden aangewend. Sinds 2013 lag het percentage melkveebedrijven met een overproductie niet meer zo laag.
Dat blijkt uit cijfers van het CBS gepubliceerd door het Compendium voor de Leefomgeving.
Maximaal 250 kg N uit dierlijke mest
Nederlandse bedrijven die deelnemen aan derogatie, mogen maximaal 230 (zand- en lössgrond) tot 250 kg stikstof uit dierlijke mest per hectare toedienen en hun areaal moet voor minstens 80 procent uit grasland bestaan. Het is nog onzeker of Nederlandse bedrijven voor de komende jaren opnieuw toestemming krijgen voor derogatie.
Totale mestproductie daalt opnieuw
De totale mestproductie daalde in 2021 voor het vijfde jaar op rij naar 73,46 miljard kg, waarvan 82 procent afkomstig is van rundvee. Het aandeel van varkens in de mestproductie is 12 procent, dat van pluimvee en overige diercategorieën 6 procent. Deze bedrijven hebben door hun niet-grondgebonden karakter wel een groter aandeel in het mestoverschot. In totaal 92 procent van deze hokdierbedrijven had in 2021 een overproductie aan mest.