WUR-landbouwvisie: minder nadruk op productie, meer op kennis
‘De grootste bijdrage van Nederland aan de wereldvoedselvoorziening kan geleverd worden door nog meer dan nu te concentreren op uitgangsmaterialen, technologie en kennis en minder nadruk te leggen op productievolumes.’
Het is een van de verwachte ontwikkelingen die onderzoekers van Wageningen UR (WUR) vandaag publiceren in het rapport WUR-perspectieven op landbouw, voedsel en natuur. In opdracht van Sjoukje Heimovaara, bestuursvoorzitter van Wageningen UR, schetsen de onderzoekers zes dilemma’s die bepalend zijn voor de toekomst van de landbouw en de natuur. ‘De tijd van pappen en nathouden is voorbij’, aldus Heimovaara. ‘Het is tijd om keuzes te maken en een koers te kiezen. Die keuzes zijn echter niet simpel en niet eendimensionaal.’
Knopen doorhakken over zes dilemma's
De keuzes die volgens Heimovaara gemaakt moeten worden betreffen zes dilemma’s. Het eerste dilemma dat geschetst wordt gaat over de bijdrage van de Nederlandse landbouw aan de wereldvoedselvoorziening. Produceren boeren nog voor de Nederlandse markt, of maken zet deel uit van de Europese voedselstrategie, zo vragen de onderzoekers zich af.
Het tweede en derde dilemma gaan over de rol van de veehouderij. Zet Nederland dieren in als verwerkers van gras en reststromen of blijft de veehouderijsector de Europese/wereldwijde vraag naar hoogwaardige eiwitten bedienen? En welke rechten kent Nederland de dieren toe? Mogen ze nog wel geëxploiteerd worden voor voedselvoorziening en onder welke voorwaarden?
Het vierde en vijfde dilemma gaan over natuur en natuurdoelen: hoeveel van de klimaat- en natuurdoelen wil Nederland halen en worden landbouw en natuur verweven (natuurinclusief) of juist gescheiden (natuur naast hoogproductieve landbouw)?
Het laatste dilemma dat geschetst wordt gaat over consumentengedrag. Mag de consument vrij blijven kiezen in het consumptiepatroon of moet er via bijvoorbeeld hogere prijzen betaald gaan worden om natuurdoelen te halen?
Inzet reststromen en gras
Heimovaara noemt de te maken keuzes weliswaar niet gemakkelijk, maar in de samenvatting geven de onderzoekers duidelijk wel een voorzet als ze schrijven dat minder nadruk gelegd moet worden op productievolumes. Ook stellen de onderzoekers dat de dierhouderij zich sterker moet gaan richten op het benutten van niet-humaan consumeerbare grondstoffen en reststromen.
Het rapport is vandaag aangeboden aan Guido Landheer, plaatsvervangend directeur-generaal agro van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.