‘Haal zo snel mogelijk 100.000 koeien uit de markt’
Kom zo snel mogelijk met een opkoopregeling om 100.000 koeien uit de markt te halen.
Deze oproep deed oud-landbouwminister Cees Veerman op het symposium dat CRV vandaag organiseerde ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan.
Premie van 1000 euro
Een opkoopregeling voor koeien kost volgens Veerman relatief weinig, maar lost wel in een klap een groot deel van het mestprobleem op. ‘Een premie van bijvoorbeeld 1000 euro bovenop de opbrengstprijs van de koe, is waarschijnlijk voldoende om veehouders te verleiden om koeien te verkopen’, opperde hij. ‘Dan praat je over een totaal bedrag van 100 miljoen euro. Een schijntje.’
Productieverlies beperkt
‘Als de overheid het niet wil regelen, moet de sector het misschien zelf doen en ook een partij als Rabobank – die vorig jaar een winst van 2,5 miljard euro maakte – zou best verantwoordelijkheid mogen nemen om hier een bijdrage aan te leveren’, aldus Veerman. ‘Veehouders zullen ervoor kiezen hun minst rendabele koeien weg te doen en de koeien die blijven, zullen meer gaan produceren. Dat betekent dat het uiteindelijke verlies in productie nog wel eens erg mee zou kunnen vallen’, hield hij de zaal voor.
Steun nodig voor verandering
Op het jubileumsymposium met het thema ‘de wereld verandert’ wees Veerman op het vermogen van de veehouderijsector om zich steeds aan te passen aan veranderingen. ‘We boeren hier in een welvarende parkstad en er zijn vele claims op grond. Daar zal de sector zich aan moeten aanpassen. Verandering komt van onderop en kun je niet als overheid van bovenaf organiseren. Maar de sector heeft wel behoefte aan een steuntje in de rug. Waarom zou de overheid niet zoiets organiseren als een borgstellingsfonds voor ondernemers die willen veranderen?’, opperde de oud-minister, die hierbij zijn teleurstelling uitsprak over het schrappen van het transitiefonds van 25 miljard euro.
Minder regels, meer regie op grond
De oud-politicus – aangekondigd als landbouwdenker – pleitte ook voor minder regels en controledruk en meer ruimte voor ondernemers. Tegelijkertijd vindt hij dat de nationale overheid als het gaat om ruimtelijke ordening meer regie zou moeten nemen. De grond die nu in handen is van provincies, zou weer in een nationale grondbank moeten komen, zodat de overheid meer kan sturen. ‘Als een veehouder intensief boert naast een natuurgebied, dan moet je met zo’n veehouder in gesprek kunnen gaan en hem helpen om te veranderen of te verplaatsen. Met een grondbank kun je dat sturen.’