Bedrijfsspecifiek bemesten kan mestcrisis verlichten
Met bedrijfsspecifiek bemesten kan kunstmest vervangen worden door dierlijke mest zonder dat dit koste gaat van de gewasopbrengst of leidt tot extra nitraatuitspoeling of ammoniakemissie. Deze methode kan daarmee een belangrijke bijdrage leveren aan het oplossen van de huidige mestcrisis.
Deze conclusie trekken de begeleiders van het project Vruchtbare Kringloop Oost (VK-Oost) uit een analyse van de cijfers van twintig deelnemers aan de pilot Bedrijfseigen Stikstofnorm (BES).
Fosfaatevenwicht met meer dierlijke mest
Deelnemers aan de BES-pilot streefden naar fosfaatevenwichtsbemesting met dierlijke mest. Dat wil zeggen dat de bemesting werd afgestemd op het opbrengend vermogen van de grond. Aan de hand van cijfers uit de KringloopWijzer over een gemiddelde van drie jaren werd vastgesteld welk bemestingsniveau met dierlijke mest noodzakelijk was voor fosfaatevenwichtsbemesting en welk kunstmestniveau daarbij verantwoord was om te voldoen aan de Nitraatrichtlijn.
Ammoniakemissie niet gestegen
De twintig VK-Oost deelnemers vervingen in de vier jaar van de BES-pilot jaarlijks gemiddeld 50 kg stikstof uit kunstmest per hectare door 30 kg stikstof uit dierlijke mest. Gemiddeld werd dus 20 kg stikstof minder per hectare bemest. Het betreft bedrijven op zand- en kleigrond. Door de benutting van de extra uitgereden dierlijke mest te optimaliseren wisten de deelnemers de ammoniakemissie te beheersen. Deze is dan ook niet gestegen. Voor de start van BES-pilot was de ammoniakemissie gemiddeld 67 kg per hectare. Tijdens de pilot was dit gemiddeld 62 kg per hectare.
Nitraat grondwater binnen de norm
Tijdens de BES-pilot werden bij de deelnemers grond- en drainwatermonsters genomen om het nitraatgehalte te meten. De resultaten werden vergeleken met de cijfers van het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid. De betrokken onderzoekers zagen in de uitkomsten geen aanwijzingen dat bemesten volgen de BES-systematiek leidt tot extra uitspoeling. In de jaren 2020 tot en met 2023 was het nitraatgehalte in het grondwater op de meetnetbedrijven op zandgrond gemiddeld 59 milligram per liter, terwijl dat op de BES-bedrijven met 49 milligram per liter net binnen de norm van de nitraatrichtlijn bleef. Op kleigronden kwamen de BES-deelnemers gemiddeld uit op 46 mg nitraat per liter grondwater, waar de meetnetdeelnemers op 25 mg per liter zaten.
Pilot dit jaar gestopt
De BES-pilot heeft dit jaar geen vervolg gekregen. Het (toenmalige) ministerie van LNV zag vorig jaar vanwege het afbouwen van de derogatie geen ruimte om veehouders toe te staan meer dan 170 kg mest per hectare uit te rijden. Dit besluit was mede gebaseerd op een advies van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM), die stelde dat aanvullende maatregelen nodig waren om te voorkomen dat bemesten volgens de BES-systematiek zou leiden tot een verhoogd risico op uitspoeling van nitraat en emissie van ammoniak.
Met resultaten naar politiek
‘Vakmensen zijn in staat om kunstmestruimte in te ruilen voor dierlijke mest met gelijkblijvende technische prestaties en zonder nadelige effecten op het milieu. De BES-systematiek kan dan ook een bijdrage leveren aan het oplossen van de huidige mestcrisis’, concluderen de begeleiders van de pilot nu. Ze gaan de resultaten dan ook op korte termijn onder de aandacht brengen bij de landelijke politiek.