Nederland verloor 24.400 hectare landbouwgrond in zeven jaar
In de periode van 2013 tot 2020 is de oppervlakte landbouwgrond in Nederland afgenomen met 244 vierkante kilometer ofwel 24.400 hectare.
Dat komt neer op gemiddeld bijna 3500 hectare per jaar, zo blijkt uit berekeningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Universiteit Wageningen.
Vooral naar bebouwing
Het overgrote deel van de verdwenen landbouwgrond (20.000 hectare) is benut voor wonen, industrie en infrastructuur. Circa 4400 hectare landbouwgrond werd omgezet in natuur en water. Opvallend is dat de oppervlakte bos in deze periode afnam met 5300 hectare.
Grootste verlies in Brabant
Binnen Nederland waren er grote verschillen in het verlies van landbouwgrond. De afname was het grootst in de provincie Noord-Brabant, waar tussen 2013 en 2020 zo’n 5800 hectare landbouwgrond verdween. In Limburg was de afname 3900 hectare, in Gelderland 3800 hectare en in Overijssel 3700 hectare. In de provincie Groningen verdween nauwelijks landbouwgrond en in Friesland nam de oppervlakte die door de agrarische sector wordt gebruikt, zelfs licht toe.
Helft Nederland agrarisch gebied
In 2020 had bijna de helft (49 procent) van het oppervlak van Nederland een agrarische bestemming, waarvan ruim de helft grasland. Bijna 24 procent van het landoppervlak was bebouwd. Dat wil zeggen in gebruik voor woonwijken, bedrijventerreinen, wegen en andere infrastructuur, maar ook openbaar groen. Zestien procent van het oppervlak was natuur of half-natuur en 11 procent water en kuststrook (strand en duinen).