Met hogere productie en methaanremmers is methaandoel haalbaar
De klimaatdoelen voor 2030 voor methaanreductie voor de veehouderij kunnen via bestaande strategieën gehaald worden.
Een hogere productie voor een lagere methaanproductie per kilogram melk of vlees en de inzet van methaanremmers, oliën en tanninerijk ruwvoer zijn daarvoor de belangrijkste strategieën. Dat blijkt uit een recent gepubliceerde meta-analyse van internationale onderzoekers, waaronder experts uit Wageningen.
Eensgezind en consequente aanpak
In het klimaatdoel voor 2030 staat het beperken van de opwarming van de aarde met maximaal 1,5 graden centraal. Als landen eensgezind en consequent de meest effectieve strategieën oppakken om methaan te reduceren, zijn de doelen voor 2030 haalbaar, zo stellen de onderzoekers. De strengere doelen voor 2050 zijn een grotere uitdaging, omdat de vraag naar dierlijke producten wereldwijd zal stijgen. Vooral in Afrika zullen de genoemde strategieën lastig uitvoerbaar zijn.
Meer jonger gras in het rantsoen
‘Met deze studie hebben we aangetoond dat er strategieën zijn die op korte termijn kunnen bijdragen aan het halen van het klimaatdoel voor methaanuitstoot’, zo legt Jan Dijkstra uit. Dijkstra is als universitair hoofddocent van Wageningen University & Research betrokken bij de studie. ‘We hebben ruim honderd maatregelen bekeken, waarbij onze voorwaarde was dat de uitstoot moest dalen bij een minimaal gelijkblijvende voedselproductie. De helft van de maatregelen viel daardoor af. Uiteindelijk kwamen we uit bij acht strategieën die daadwerkelijk werkten en uitvoerbaar zijn.’
De onderzoekers rekenden drie voerstrategieën door, waarmee de methaanuitstoot per kilogram melk of vlees 12 procent daalde. Die daling werd veroorzaakt door een hogere productie per dier. Voor die hogere productie en lagere methaanuitstoot was een hogere voeropname noodzakelijk. Ook was het nodig dat koeien grazen op jonger gras of een hoger aandeel krachtvoer in het rantsoen hadden.
Methaanremmers
De onderzoekers vonden daarnaast vijf manieren om de gemiddelde methaanuitstoot met 17 procent terug te dringen per eenheid. Dat werd bereikt door het voeren van methaanremmers, oliën, vetten en nitraat, met daarnaast tanninerijk ruwvoer.
‘Deze studie laat zien dat de mogelijkheden er zijn’, aldus Dijkstra. ‘Het is nu aan de beleidsmakers om maatregelen te stimuleren, subsidies te verschaffen, vergunningen te verlenen en bijvoorbeeld kennis over optimale rantsoenen over te dragen.’