Mycoplasma bovis sluimerend aanwezig op veel bedrijven

In ongeveer twee derde van de tankmelkmonsters die GD in de afgelopen vier jaar onderzocht, werden antistoffen tegen de bacterie Mycoplasma bovis (M. bovis) gevonden.

Dit bevestigt volgens GD het beeld dat nog altijd een meerderheid van de Nederlandse melkveebedrijven besmet is met M. bovis. Ook Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ) vond antistoffen in veel tankmelkmonsters.

Twee derde tankmelkmonsters positief

GD voerde in de jaren 2019 en 2020 uitgebreid onderzoek uit naar de verspreiding van M. bovis. Op twee derde van de melkveebedrijven uit een willekeurige steekproef werden destijds dieren met antistoffen gevonden. Het onderzoek over de afgelopen vier jaar werd uitgevoerd op monsters die waren ingezonden vanwege gezondheidsproblemen of ter controle bij de aanvoer van dieren. Dit onderzoek was dus niet helemaal willekeurig, maar de uitkomsten bevestigen volgens GD wel dat M. bovis nog altijd op veel melkveebedrijven aanwezig is. Zo werden in ongeveer twee derde van de tankmelkmonsters antistoffen gevonden en bijna de helft van de bloedmonsters bleek afkomstig van bemestte dieren.

Positieve dieren bij negatieve tankmelkuitslag

Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ) onderzocht afgelopen jaar samen met de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Gent de verspreiding van M. bovis op melkveebedrijven in Vlaanderen. Ook in dit onderzoek werden in een groot deel van de tankmelkmonsters antistoffen gevonden. Op een beperkt aantal bedrijven onderzocht DGZ ook individuele dieren. Zelfs op bedrijven met een negatieve tankmelkuitslag werden bij 3 tot 7 procent van de volwassen koeien nog kleine hoeveelheden antistoffen gevonden. 

Ook actieve circulatie

Een deel van de bedrijven viel in het ‘grijze gebied’ tussen een negatieve en een positieve tankmelkuitslag. Op deze bedrijven was er veel variatie in de aanwezigheid van antistoffen bij individuele koeien (5 tot 69 procent). Het is volgens DGZ nog onduidelijk hoe groot het risico op circulatie van de bacterie is op deze bedrijven. Op bedrijven met een positieve tankmelkuitslag vond DGZ bij 21 tot 65 procent van de volwassen koeien antistoffen tegen M. bovis. Op twee van de vijf bedrijven onderzochte bedrijven met een positieve uitslag werd ook actieve circulatie van de bacterie vastgesteld bij kalveren en jongvee. Bij de volwassen koeien waren er geen aanwijzingen voor bacteriële uitscheiding. 

DGZ en UGent zijn een vervolgproject gestart waarin praktische adviezen op basis van tankmelkresultaten worden ontwikkeld. 

Bacterie wereldwijd in opmars

M. bovis is wereldwijd in opmars in de melk- en vleesveehouderij. De bacterie kan ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken, zoals longontsteking, gewrichtsontsteking en middenoorontsteking bij kalveren. Bij volwassen vee vaak veroorzaakt M. bovis moeilijk te behandelen uierontsteking. De bacterie is op veel bedrijven sluimerend.