Ibr-besmetting op 78 Vlaamse veebedrijven
In totaal zijn 78 Vlaamse bedrijven besmet met de pinkengriep ibr. Deze bedrijven, 0,80 procent van alle Vlaamse veebedrijven, hebben het I2-statuut.
Dat werd vermeld tijdens een webinar van Diergezondheidszorg Vlaanderen (DGZ) waarin informatie werd gedeeld naar aanleiding van een recente ibr-uitbraak.
Van die 78 bedrijven zijn er 31 attentiebedrijven waar meer dan tien procent van de veestapel ibr-drager is. De meeste ibr-bedrijven concentreren zich vooral in West-Vlaanderen in de regio rond Koekelare. DGZ raadt aan om attent te zijn op dit virus.
Grootste besmettingsgevaar door latente dragers
‘Ik hoor wilde verhalen zoals dat ibr wordt overgedragen door vogels en reeën’, zegt Wouter van Mol dierenarts bij DGZ voor herkauwers in West-Vlaanderen. ‘Dat is niet het geval. Vooral verdoken ibr-dragers zijn het grootste besmettingsgevaar. Bij deze dieren is het virus latent aanwezig. Wanneer deze dieren stress ervaren, bijvoorbeeld bij verplaatsing, dan kan het virus gereactiveerd worden.’
De grootste besmettingsbron op het bedrijf is volgens DGZ echter de aankoop van dieren. Opletten met de aankoop van dieren is dus het meest aangewezen om zich tegen ibr te weren. Zo is ook het in gebruik nemen van een quarantainestal interessant. Maar ook erfbetreders kunnen virus op hun kleren dragen en overbrengen. Het plaatsen van ontsmettingsbakken en het dragen van bedrijfskledij zijn goede tips.
Tijdig opsporen van dragers
Maar vooral het tijdig opsporen van dragers wordt geadivseerd. DGZ raad aan om actie te nemen bij het kleinste vermoeden van ibr. ‘Test de dieren op ibr bij de lichtste tekenen van neusvloei, een dip in de melkproductie, niezen, hoesten of verwerpingen’, raadt van Mol aan. ‘Liever een testmonster, een neusswab, teveel dan te weinig. Als er ibr-dragers aanwezig zijn, dan dient de veehouder die zo snel mogelijk af te voeren om verdere verspreiding en problemen tegen te gaan.’
Vaccinatie bedrijfsspecifiek
Of vaccinatie voor ieder bedrijf aan te raden is? Volgens DGZ is dat niet per se nodig. Maar het is wel verstandig dit met de bedrijfsveearts te bespreken. ‘Vaccinatie kunnen nieuwe ibr-besmettingen voorkomen’, zegt van Mol. ‘Maar zorg dan eerst dat je goede bioveiligheidsmaatregelen naleeft, zoals het plaatsen van een quarantainehok of het tijdig opsporen van dragers. Dat is de basis.’