Gezondheid

Genetische analyse toont dat blauwtongtype in Nederland uniek is

De blauwtongvirusvariant die door Nederland waant is een die genetisch afwijkt van serotype 3 varianten uit andere landen
De blauwtongvirusvariant die door Nederland waant is een die genetisch afwijkt van serotype 3 varianten uit andere landen

De blauwtongvariant in Nederland, het serotype 3, is vergeleken met andere blauwtongvirussen met dat serotype. Het genetische onderzoek toont aan dat de Nederlandse variant niet gelijk is aan andere varianten.

Serotype 3 is een variant van het blauwtongvirus die ook wordt aangetroffen op onder andere Sicilië, in Israël en delen van Afrika. Om duidelijkheid te krijgen of het in Nederland aanwezige virus mogelijk zijn oorsprong vindt in die gebieden, is het Nederlandse virus verder onderzocht door Wageningen Bioveterinary Research.

Niet uit Israël, Italië of Afrika

‘We hebben de genetische samenstelling van het Nederlandse virus vergeleken met soortgelijke BTV-3 virussen uit Italië, Israël en Zuid-Afrika’, vertelt onderzoeker Melle Holwerda, die het onderzoek naar het blauwtongvirus leidt. Uit de vergelijking concludeert het onderzoeksteam dat er weliswaar in alle gevallen sprake is van serotype 3, maar dat er op bepaalde andere aspecten toch nog veel verschillen zijn. ‘Op basis daarvan kunnen wij niet met 100 procent zekerheid vaststellen waar geografisch gezien het virus vandaan komt, dus ook niet per se vanuit Israël, Sicilië of Afrika.’

Oorsprong virus blijft onduidelijk

Een uniek type dus, die door Nederlandse knutten flink verspreid wordt. ‘De verspreiding laat zien dat de knutten die van nature in Nederland voorkomen geschikt zijn om dit virustype door te geven’, geeft Holwerda aan. ‘Onduidelijk blijft hoe dit virus zijn intrede heeft gedaan in ons land en waar het virus dus vandaan is gekomen.’

Besmettingen Midden-Nederland waren de eerste

Onzekerheid over de oorsprong van het virus in Nederland blijft ook na de conclusies uit een andere analyse die het onderzoeksteam heeft uitgevoerd in samenwerking met Royal GD en de NVWA. Hierin werden tankmelkmonsters onderzocht op antistoffen voor blauwtong. ‘Op basis van het melkmonstersonderzoek kunnen we geen andere eerdere besmetting herleiden dan de vier bedrijven die begin september besmet raakten. We stellen daarom vast dat de uitbraak het meest waarschijnlijk is gestart bij die eerste vier plekken in het midden van het land’, aldus Holwerda.

2664 besmettingen in Nederland

Welk van de vier plekken die als eerste een besmetting opmerkten daadwerkelijk het eerste bedrijf was, is niet meer te achterhalen. ‘Net als bij vorige uitbraak in 2006 blijft het ook nu moeilijk te bepalen waar het virus vandaan is gekomen en hoe het eerste dier besmet is geraakt’, geeft Holwerda aan.

Op de kaart van besmettingen van het NVWA zijn inmiddels 2664 gevallen bekend. De oostelijke en zuidelijke provincies van Nederland hebben tot nu toe de minste besmettingen.