Eiwitrijk veevoer uit dierlijke mest kan soja vervangen

Dierlijke mest en voedselresten kunnen de basis zijn voor eiwitrijk veevoer. Door de restproducten om te zetten naar vluchtige vetzuren, kan een voedingsbodem voor een eetbare schimmel worden gemaakt. Deze schimmel groeit uit tot een biomassa die rijk is aan eiwitten, mineralen en voedingsvezels. 

Dat blijkt uit een promotieonderzoek van onderzoekster Clarisse Uwineza van de University of Borås in Zweden. 

Goed verteerbare biomassa

De onderzoekster verwerkte koeien- en kippenmest en voedselafval via anaerobe vergisting, een zuurstofloos proces waarbij vluchtige vetzuren ontstaan. Deze vetzuren gebruikte ze samen met voedingsstoffen als stikstof en mineralen als voedingsbodem voor een eetbare schimmel, die uitgroeit tot een biomassa die rijk is aan eiwitten, mineralen en voedingsvezels. Deze biomassa kan goed verteerd worden door dieren. De drogestofverteerbaarheid van de schimmelbiomassa in de pens lag 26 procent hoger dan de drogestofverteerbaarheid van grasklaverkuil en 40 procent hoger dan die van koolzaadmeel. De onderzoekster concludeert dat de schimmelbiomassa geschikt kan zijn als veevoer en traditionele eiwitbronnen, zoals soja, zou kunnen vervangen. 

Duurzame eiwitproductie

‘Mijn werk laat zien dat organische reststoffen een waardevolle grondstof kunnen zijn voor duurzame eiwitproductie. Ze helpen de cirkel rond te maken in een circulaire economie en verminderen het gebruik van eiwitbronnen zoals soja en vismeel, die momenteel de basis vormen voor de productie van diervoeder’, stelt Uwineza. 

Ook bruikbaar voor biologisch afbreekbare materialen

De biomassa kan ook gebruikt worden voor de productie van biobased materialen, zoals biologisch afbreekbare kunststoffen, of als alternatief voor leer.