Gezondheid

Bestrijding ibr en bvd vanaf zomer volgend jaar verplicht

Vanaf volgend jaar zomer wordt in Nederland het bestrijden van IBR en BVD verplicht
Vanaf volgend jaar zomer wordt in Nederland het bestrijden van IBR en BVD verplicht

Bestrijden van ibr en bvd op rundveebedrijven wordt in Nederland wettelijke verplicht.

Het ministerie van LNV werkt aan regelgeving die uitvoering van de bestrijdingsprogramma’s mogelijk moet maken. Het streven is dat de wetgeving per 1 juli 2024 van kracht wordt.

Bestrijding tot nu toe vrijwillig

Sinds 2017 werkt de rundveehouderijsector al aan een vrijwillig bestrijdingsprogramma voor zowel ibr als bvd, maar tot een wettelijke verplichting kwam het nog niet. De overheid ondersteunde de bestrijdingsprogramma’s al wel. Sinds april 2021 is de Europese diergezondheidsverordening van kracht, waardoor er een formeel EU-kader voor de bestrijding van bvd is ontstaan, waarbij lidstaten een EU-vrije status kunnen behalen. Mede daarom hebben sectorpartijen in 2022 bij het ministerie een hernieuwd verzoek ingediend om het vrijwillige bestrijdingsprogramma te ondersteunen via wetgeving.

Helft melkveebedrijven is vrij van ibr

Het vrijwillige bestrijdingsprogramma is wel succesvol. Volgens de meest recente data hadden op 30 juni 2022 ruim 7.750 van de deelnemende melkveebedrijven de status ibr-vrij (53,4%). Bijna 3.900 bedrijven (24,6%) hadden de status ibr-onverdacht en 2.371 bedrijven (16,5%) de status ‘vaccinerend’. Van de deelnemende melkveebedrijven aan het vrijwillige programma had op 30 juni 2022 85,9% een bvd-vrij of bvd-onverdachtstatus.

Nederland niet voorop

Nederland loopt niet voorop in de bestrijding van ibr en bvd. Duitsland is officieel ibr-vrij na verplichte bestrijding vanaf 2011. Ook in België zorgt wetgeving sinds 2015 tot een forse terugloop van het aantal besmette dieren en bedrijven.