Nevedi-directeur Flipsen: ‘Hoogproductieve landbouw blijft de basis’

‘Er is zeker ruimte voor verbrede, biologische, natuurinclusieve of welke-andere-vorm-je-wil-noemen landbouw. Maar de efficiënte hoogproductieve landbouw blijft de basis in Nederland. En ook deze vorm van landbouw is duurzaam’. 

Dat vertelt Nevedi-directeur Henk Flipsen in een interview in het julinummer van Veeteelt.  ‘De helft van de voeders die onze leden produceren en verhandelen, bestaat bijvoorbeeld uit bijproducten uit de levensmiddelenindustrie.Er is geen land in de wereld waar de veehouderij zo circulair werkt als in Nederland. Dit, in combinatie met een hoge voerefficiëntie, leidt tot de allerlaagste kool-stofvoetafdruk per kilogram melk en vlees. Die prestaties mogen we best met meer trots uitdragen.’

Duurzaamheid is niet zwart-wit

Flipsen stelt dat het uniek is in de wereld dat de Nederlandse voerindustrie de klimaatimpact van diervoeders kan bereken en dat er een projectplan in samenspraak met het ministerie is geschreven om de diervoederindustrie verder te verduurzamen. Maar Flipsen is wel kritisch.  ‘Extensiveren van de melkveehouderij is zo’n thema dat in de publieke opinie goed scoort. Dat zal gunstig uitpakken voor bijvoorbeeld de biodiversiteit of lokaal gebruik van grondstoffen. Tegelijkertijd heeft dat een nadelig effect op de klimaatimpact van een liter melk. Duurzaamheid is niet zo zwart-wit als sommigen voorspiegelen. Een statement maken is makkelijker dan verantwoordelijkheid nemen. Gelukkig groeit nu in Brussel – waar tachtig procent van de wet- en regelgeving vandaan komt – het realisme en komt er meer aandacht voor de balans tussen verduurzamen van de landbouw en voedselzekerheid.’

Lees het hele interview met Flipsen in het julinummer van Veeteelt