Voeding

Nederlanders blijven agri & foodsectoren waarderen

Uit de monitor blijkt dat Nederlanders bij langdurige tekorten sneller een alternatief product kiezen, vaak een duurzamere optie
Uit de monitor blijkt dat Nederlanders bij langdurige tekorten van een voedselproduct sneller een alternatief product kiezen, vaak een duurzamere optie

De maatschappelijke waardering voor de Nederlandse agri & foodsector blijft in 2025 stabiel. Nederlanders waarderen de landbouw-, voedsel- en supermarktsectoren nog altijd positief. De tuinbouw en akkerbouw worden net als in eerdere jaren het meest positief beoordeeld, gevolgd door de melkveehouderij en supermarkten. 

Dat blijkt uit de nieuwste Agrifoodmonitor van Wageningen University & Research. 

Reputatie en betrokkenheid spelen belangrijke rol in waardering 

Volgens de onderzoekers wordt de maatschappelijke waardering vooral bepaald door reputatie en betrokkenheid. Waar in voorgaande jaren betrokkenheid de belangrijkste factor was, heeft in 2025 de reputatie van de sector de grootste invloed op de waardering. Ook vertrouwen in voedselveiligheid en samenwerking binnen de keten spelen een rol. 

Opvallend is dat consumenten die het belangrijk vinden dat voedsel betaalbaar en vers is en dat er een goede verbinding tussen boer en burger is, de sector hoger waarderen. Consumenten die vooral letten op klimaat en milieu, beoordelen de sector iets kritischer.

Nederlanders kunnen goed omgaan met veranderingen

Dit jaar gaat de Agrifoodmonitor dieper in op het thema ‘Voedselveerkracht’. Dit betekent hoe goed mensen zich kunnen aanpassen als voedsel duurder wordt, de kwaliteit verandert of tijdelijk minder beschikbaar is. Nederlanders scoren gemiddeld 73 van de 100, wat laat zien dat ze over het algemeen flexibel zijn. Ze zeggen bij tijdelijke tekorten sneller een alternatief product te kiezen, vaak een duurzamere optie, al blijkt uit de monitor dat dit in de praktijk nog achterblijft. 

Vooral bij sporadische veranderingen past de Nederlander haar aankoopgedrag nog niet aan. Bij langdurige tekorten past ze haar gedrag wel aan; ze koopt het product helemaal niet meer en zoekt actief naar een, vaak duurzamer, alternatief. Smaak en betaalbaarheid blijven hierbij belangrijker dan gezondheid. Jongvolwassenen scoren iets lager (71) op voedselveerkracht; zij zijn iets minder veerkrachtig bij veranderingen in prijs, kwaliteit of aanbod van voedsel. 

Geen grote zorgen over voedselzekerheid

Uit de monitor blijkt dat Nederlanders zich geen grote zorgen maken over voedselzekerheid richting 2030. Ze verwachten dat veranderingen in de voedingsindustrie doorgaan en sommige voedselbronnen minder beschikbaar kunnen worden, maar denken dat dit voor hen zelf weinig gevolgen heeft.