Ruwvoer

Stikstofoverschot daalt met 5 procent in 2021

Het stikstofoverschot nam af in 2021, onder meer doordat er minder stikstof in graskuil zat
Het stikstofoverschot nam af in 2021, onder meer doordat er minder eiwit in graskuil zat

Vergeleken met 2020 is het stikstofoverschot in 2021 in de Nederlandse landbouw met 5 procent afgenomen tot 290 miljoen kilogram. Dat is volgens de laatste cijfers van het CBS het laagste overschot sinds 2014: in vijf jaar tijd daalde het overschot met ruim 12 procent.

Volgens CBS verdween in 2021 zo’n 87 miljoen kilo stikstof naar de lucht, de overige 203 kilo bleef onbenut in de bodem. Het stikstofoverschot wordt berekend door de aangevoerde hoeveelheid stikstof te verminderen met de hoeveelheid stikstof die is vastgelegd in dierlijke producten en planten, en de stikstof die naar buiten de landbouw wordt afgevoerd.

Minder stikstof in graskuilen

De daling in stikstofoverschot komt voornamelijk door de afname van stikstof in dierlijke mest. Binnen de melkveehouderij nam deze met 4,7 procent af, met name door een lager eiwitgehalte in kuilgras. Deze was door de weersomstandigheden in 2021 lager dan in de vier jaren daarvoor. De veestapel bleef nagenoeg gelijk en zo ook de productie van dierlijke mest.

Vooral stikstof uit krachtvoer en kunstmest

De belangrijkste factoren in aanvoer van stikstof naar de landbouw zijn krachtvoer en kunstmest. Uit krachtvoer was de toevoer 408 miljoen kilo over de gehele landbouw in 2021, zo’n 7 miljoen kilo minder dan in 2020. Het aandeel stikstof uit kunstmest daalde met 4 miljoen kilo naar 213 miljoen kilo.

Fosfaatmaatregelen remmen stikstofoverschot

Volgens het CBS heeft het feit dat het stikstofoverschot met 12,5 procent daalde sinds 2016 te maken met Europese maatregelen om fosfaatproductie af te remmen. Die werkten simultaan een daling in stikstof in de hand door onder andere een afname van de melkveestapel.