Koe gebaat bij geleidelijk scheiden na vier maanden contact met kalf

Koeien die vier maanden hun kalveren hebben gezoogd, zijn gebaat bij een geleidelijke scheiding. De voeropname en de melkproductie van deze koeien daalt minder sterk dan die van koeien die abrupt van hun kalveren worden gescheiden.

Dit blijkt uit een gezamenlijk onderzoek van de universiteit van Uppsala in Zweden en Wageningen Universiteit en Research, waarvan de resultaten onlangs zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Journal of Dairy Science.

Abrupte scheiding na 16 weken

Het onderzoek is uitgevoerd op het proefbedrijf van de Zweedse landbouwuniversiteit en vergeleek verschillende vormen van scheiden van koe en kalf nadat ze vier maanden samen waren geweest. De melkgift en de voeropname van koeien die hun kalveren zoogden, werd vergeleken met die van koeien die binnen 24 uur na afkalven van hun kalveren werden gescheiden.

In een eerste experiment konden de kalveren de eerste acht weken onbeperkt drinken bij hun moeders en daarna nog acht weken alleen overdag. Na 16 weken werden de kalveren abrupt en volledig van de moeders gescheiden door ze te verplaatsen naar een ander hok. 

Tijdelijke dip in voeropname na scheiding

De onderzoekers zagen geen wezenlijke verschillen in voeropname tussen de koeien met kalveren en de koeien zonder kalveren. De dag na het scheiden van koe en kalf daalde de voeropname van de koeien die kalveren hadden gezoogd, maar de opname herstelde zich weer binnen een week. De melkgift van de koeien die kalveren zoogden, steeg binnen een week met 3 kg per dag nadat werd overgeschakeld van onbeperkt naar beperkt zogen. 

Nadat de kalveren helemaal werden gespeend, steeg de productie binnen een week met 8 kg melk per dag. De productie van de koeien die kalveren hadden gezoogd bleef echter ook de rest van de lactatie in de meeste gevallen lager dan die van de koeien zonder kalveren.

Productie herstelt na geleidelijk scheiden

In de een tweede experiment werden kalveren ook 16 weken bij de koeien gehouden, maar werd de scheiding geleidelijk uitgevoerd in twee weken. De voeropname van de koeien daalde tijdens de geleidelijke scheiding niet. Daarbij steeg ook de productie zodra de kalveren niet meer konden drinken. 

Vooral een combinatie van spenen met neusflappen en contact tussen koe en kalf met een hek ertussen, zorgde voor een snel herstel van de melkproductie en uiteindelijk nauwelijks verschil met controlekoeien die geen kalveren hadden gezoogd. ‘Dit onderzoek wijst erop dat abrupt scheiden een grotere impact heeft op de koe dan geleidelijk scheiden’, concluderen de onderzoekers.

Het volledige (Engelstalige) artikel in het tijdschrift ‘Journal of Dairy Science’ is hier te downloaden.