DLV ziet cruciale rol voor monovergisters bij stikstofreductie

Monomestvergisting kan een belangrijke bijdrage leveren aan het reduceren van de stikstofuitstoot.

Door monovergisting te combineren met een stikstofstripper en vrijwillige extensivering of natuurinclusieve landbouw kan gemakkelijk 75 procent stikstofreductie gehaald worden. Dat zegt projectaccountmanager Harm Wientjes van DLV Advies. 

Rol bij energietransitie

Maar de DLV’er ziet nog meer voordelen van monovergisting. Het systeem kan een rol spelen bij de energietransitie en een oplossing bieden als derogatie verdwijnt, geeft Wientjes aan.

Bij monovergisting wordt dagverse mest direct uit de stal afgevoerd. Dat verlaagt de ammoniakemissie. Vergisten van de mest levert biogas op, dat kan worden omgezet in groen gas. Daarmee draagt monovergisten volgens Wientjes bij aan de energietransitie.

Eigen kunstmestvervangers

De vergiste mest kan vervolgens terug in de put, waarbij de vrijkomende ammoniak wordt afgevangen met een putluchtwassysteem. Een alternatief is het nabewerken van de vergiste mest in een stikstofstripper. ‘Zowel luchtwassen als strippen levert een kunstmestvervanger op. Die extra kunstmest is nodig bij een situatie zonder derogatie’, geeft Wientjes aan. De dikkemestfractie die overblijft na het vergisten en strippen bevat bovendien minder stikstof, maar wel evenveel fosfaat. Ook dat past beter als de derogatie zou verdwijnen.

‘Tegelijkertijd bespaar je met de productie van eigen kunstmestvervangers heel veel aardgas, dat anders nodig zou zijn om de benodigde extra kunstmest te produceren als de derogatie wegvalt’, stelt Wientjes. ‘Voorwaarde is dan wel dat de overheid haast maakt met het goedkeuren van kunstmestvervangers en de vergunbaarheid van dichte vloeren.’