Jongvee

Kalveren gezonder, maar infectiedruk aandachtspunt bij groepshuisvesting

Het samen huisvesten van jonge kalveren brengt uitdagingen met zich mee
Het samen huisvesten van jonge kalveren brengt uitdagingen met zich mee

Duo- en groepshuisvesting van jonge kalveren (vanaf vijf dagen) wordt al steeds vaker toegepast. Vooral over infectiedruk zijn altijd zorgen geweest bij groepshuisvesting, maar dit komt niet eenduidig als risico naar voren uit wetenschappelijk onderzoek.

Dat blijkt uit een literatuuronderzoek van Debora Smits, rundveedierenarts bij Royal GD, die ze deelde tijdens de themadag Kalf-Koe Contact en Kalverhuisvesting. Er is nog beperkt onderzoek gedaan naar de gevolgen van groepshuisvesting van jonge kalveren, maar de studies die wel zijn gedaan leveren opmerkelijke resultaten op. 

Minder zieke kalveren

Neem bijvoorbeeld een studie naar gezondheid na het spenen van kalveren die als duo zijn gehuisvest of alleen zijn geweest tot spenen. ‘Daaruit blijkt dat van de kalveren in duo’s 30,7 procent ziek is geweest, terwijl 41,5 procent van de individuele dieren ziek is geweest’, vat Smits samen. Ook valt in dit onderzoek op dat er minder sprake was van diarree en luchtwegaandoeningen en dat de kalveren in duo’s meer speelgedrag vertoonden.

Harder groeien en meer mastitis

Ander onderzoek, dat de kalveren volgde tot in de eerste lactatie, zag een stijging in het aantal mastitisgevallen bij vaarzen die vanaf jonge leeftijd in groepshuisvesting hebben doorgebracht. Een derde onderzoek liet zien dat kalveren in duo’s een aanzienlijk hogere brokopname hadden dan kalveren in eenlinghuisvesting. ‘Dat leverde ook een hogere groei per dag op. Dit kan erop wijzen dat kalveren het eten van elkaar afkijken en overnemen. Dit kwam overigens niet uit andere onderzoeken naar voren’, aldus Smits.

Onderzoek nog beperkt

Smits zet wel een duidelijke kanttekening bij de resultaten. Het aantal onderzoeken is namelijk beperkt en niet in Nederland uitgevoerd. De onderzoeksomstandigheden kunnen daardoor afwijken van onze praktijk. ‘De onderzoekers vergelijken bijvoorbeeld duohuisvesting met individuele kalveren die tot spenen in die setting blijven. Dat is dus anders dan onder Nederlandse omstandigheden. En er is niet onderzocht wat bedrijfseigen ziektekiemen kunnen doen. Zo kun je je afvragen hoe het zou gaan bij groepshuisvesting in geval van een salmonella-uitbraak. De praktijk blijft erop neerkomen dat groepshuisvesting bij kalveren vanaf 5 dagen een aantal uitdagingen met zich meebrengt, maar ook voordelen lijkt te bieden’, vertelt Smits. 

Makkelijker voor grote bedrijven

Infectiedruk is zeker een aandachtspunt. Maar denk ook aan zuigen en competitie bij voeding. ‘Dit vraagt allemaal om goede randvoorwaarden: geen grote leeftijdsverschillen, een goede biestvoorziening, hygiëne, voldoen aan de zuigbehoefte, natuurlijk voldoende voeren en aandacht blijven houden voor individuele ontwikkeling van een kalf.’ 

Smits voegt eraan toe dat het op grote bedrijven een stuk beter haalbaar is om risico’s te beperken bij groepshuisvesting van jonge kalveren. ‘Neem bijvoorbeeld een all-in-all-out-principe. Dat gaat op kleine bedrijven niet zo makkelijk. En wat is een te groot leeftijdsverschil? Dat zijn nog vragen die onbeantwoord zijn op dit moment.’