Wie stopt de val van weidegang?

Maximaal willen melken uit ruwvoer, de mestplaatsing optimaal benutten en de opkomst van robots. Het zijn allemaal redenen waarom de koeien steeds vaker binnen blijven. En de hoge melkprijs werkt ook niet mee. Wie keert de val van weidegang?
Schaalvergroting en de opkomst van melkrobots gaan door en weidegang past lang niet altijd meer in het plaatje van grote, efficiënt geleide bedrijven. Cijfers van ZuivelNL bevestigen de signalen. Het aantal melkveebedrijven waar koeien gedeeltelijk of volledig weidegang krijgen, daalt al twee jaar op rij, van 83,9 procent in 2022 naar 80,1 procent in 2024, een daling van bijna 4 procent in twee jaar tijd.
Einde derogatie jaagt koeien op stal
Zuivelverwerkers en sectorpartijen als LTO wezen aanvankelijk nog op het natte voorjaar van 2024, de uitbraak van blauwtong en de opkomst van de wolf als verklaring voor de teruggang. Maar toen de Kamerleden Harm Holman (NSC) en Pieter Grinwis (ChristenUnie) dit voorjaar een motie indienden om de dalende trend in weidegang serieus te nemen, bracht ook LTO in een persbericht twee dieper liggende oorzaken te berde. ‘Weidegang staat onder druk doordat vergoedingen uit de markt lager worden en nieuwe regelgeving weidegang tegenwerkt. Door verlies van derogatie mag er minder bemest worden en wordt het voor melkveehouders steeds belangrijker om de beschikbare mest zo goed mogelijk in en af te zetten, met name in het voorjaar’, aldus LTO.
De organisatie was in 2012 een van de ondertekenaars van het Convenant Weidegang, samen met een groot aantal andere organisaties uit de melkveehouderij, de zuivelsector, erfbetreders, retail en maatschappelijke organisaties. Doel was destijds om de dalende trend in weidegang te stoppen. Tot en met 2022 lukte dat vrij aardig, maar met een daling van bijna 4 procent in twee jaar tijd en vrij duidelijke signalen dat deze trend in 2025 doorzet, lijkt de tijd rijp voor een nieuw offensief.
Concrete maatregelen blijven uit
Volgens directeur Hubert Andela werkt ZuivelNL aan een sectorplan om antwoord te geven op de dalende trend. Doel is om hiervoor draagvlak te organiseren bij de convenantpartners. Verder wijst hij op de zogeheten ‘Routekaart naar een dierwaardiger en toekomstbestendige melkveehouderij’. Hierin hebben ZuivelNL en Dierenbescherming een ambitie voor weidegang opgenomen. ‘Het doel is om het aantal weidende koeien te verhogen en de duur van de weidegang substantieel te verlengen’, vertelt Andela.
Voor ZuivelNL staat centraal dat het aan de veehouder is om te beslissen hoe het best invulling kan worden gegeven aan weidegang op zijn of haar bedrijf, benadrukt Andela. Een serieuze denkrichting is het differentiëren van de beloning op weidegang: hoe meer weidegang, hoe meer beloning.
Weidepremie houdt melkprijs niet bij
De afgelopen jaren zijn er vanuit het Convenant Weidegang diverse initiatieven opgestart. Ook de premies die zuivelondernemingen betalen voor weidegang, hebben lang geholpen, maar zijn inmiddels aan inflatie onderhevig. Feit is dat de weidepremies niet zijn meegestegen met de absolute melkprijs. En, toeval of niet, sinds FrieslandCampina in 2023 de weidepremie verlaagde van 1,50 naar 1,30 euro per honderd kilo melk, daalde het percentage weidende koeien. De premie op een lage CO2-uitstoot ging datzelfde jaar omhoog van 0 naar 1,50 euro per honderd kilo melk. Het onderstreept dat melk met een lage CO2-uitstoot op de internationale zuivelmarkt beter verkoopt dan melk van weidende koeien.
Mocht het weidegangpercentage toch verder dalen, stelt FrieslandCampina, dan kan ervoor gekozen worden om de focus opnieuw meer op weidegang te leggen. Dit najaar besluit de zuivelcoöperatie of de weidegangtoeslag voor de komende drie jaar weer omhoog gaat.
Digitaal urenregistratiesysteem bij robotmelken
Ondertussen ondernemen marktpartijen en overheden pogingen om het tij te keren. Zo kijkt zuivelcoöperatie Cono Kaasmakers in Middenbeemster eveneens naar een digitaal urenregistratiesysteem voor weidegang per koe, als alternatief voor de dikwijls niet gehaalde norm van 75 procent bij robotmelken. In Overijssel kunnen melkveehouders die boven de 2500 uren aan weidegang uitkomen, sinds 10 februari subsidie aanvragen, als toeslag op de ecoregeling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).
Stichting Weidegang doet daarnaast verwoede pogingen om weidegang sterker te verbinden aan goed gras oogsten en goed koeien voeren. ‘Als je weiden goed invult, breng je niet alleen heel goed voer in de koe, je bespaart er ook input en kosten mee’, zegt Kees-Jaap Hin van de Stichting Weidegang. ‘Als bonus heb je dan doorgaans ook betere duurzaamheidsprestaties op andere terreinen. We blijven die boodschap benadrukken.’
Harm Holman, Tweede Kamerlid NSC:Bij bepaalde zuivelfabrieken krijgen grote bedrijven die opstallen, meer voor de melk dan kleine boeren met weidegang. Dat vind ik een verkeerde ontwikkeling
‘Neem het probleem serieus’
Het slotwoord is aan Kamerlid Harm Holman, die in maart een motie indiende om weidegang weer belangrijk te maken. ‘Weidegang draagt bij aan het welzijn van koeien, bevordert de biodiversiteit en houdt het karakteristieke Nederlandse cultuurlandschap in stand. Ook het imago van de zuivelsector is sterk verbonden met beelden van koeien in de wei. Dat moeten we in stand houden.’
De motie heeft volgens Holman absoluut niet tot doel om weidegang verplicht te stellen voor de hele melkveehouderij. ‘Maar ik mis bij de zuivelsector soms voldoende bewustwording van wat er gaande is. Bij bepaalde zuivelfabrieken krijgen grote bedrijven die opstallen meer voor de melk dan kleine boeren met weidegang. Dat vind ik een verkeerde ontwikkeling.’
De motie moet volgens hem worden gezien als een stimulans voor de zuivelindustrie om het probleem serieus te nemen. ‘Ik ben dan ook verheugd dat de zuivelsector de handschoen ten aanzien van weidegang weer lijkt op te pakken.’
Dit is een ingekorte versie van het achtergrondverhaal dat te lezen is in de zomeruitgave van VeeteeltGRAS, die in juli verschenen is.