Meer grasland levert meeste koolstofvastlegging op

Een grotere oppervlakte aan grasland is de meest effectieve maatregel om koolstof in de bodem vast te leggen op Nederlandse melkveebedrijven. Het omzetten van bouwland naar blijvend grasland leidde tot de hoogste toename in koolstofvoorraad, tot bijna 1 ton per hectare per jaar.
Dat blijkt uit een onderzoek van Wageningen University & Research (WUR). Op negen Koeien & Kansen-bedrijven met in totaal 96 percelen op zand, klei en löss onderzochten onderzoekers het effect van verschillende maatregelen en vergeleken ze veranderingen in de bodemkoolstofvoorraad.
Blijvend grasland legt meeste koolstof vast
Het onderzoek laat zien dat blijvend grasland gemiddeld 0,68 ton koolstof per hectare per jaar vastlegt, tegenover gemiddeld 0,39 ton bij gras-akkerbouwrotaties. De grootste winst werd geboekt bij de omzetting van bouwland naar blijvend grasland, met een toename tot bijna 1 ton koolstof per hectare per jaar.
Andere maatregelen zijn minder effectief
Andere onderzochte maatregelen hadden een beperkter effect. Het verhogen van het aandeel gras in de rotatie, het toepassen van vanggewassen, compostaanvoer, minder mestafvoer en het verlengen van de levensduur van graszoden resulteerden elk in een gemiddelde toename van 0 tot 0,2 ton koolstof per hectare per jaar.
De opbrengst van deze maatregelen hangt bovendien sterk af van de bestaande situatie op het bedrijf. Het aanleggen van vanggewassen had bijvoorbeeld alleen effect bij bedrijven waar ze nog niet standaard werden toegepast. En het effect van het verhogen van het aandeel gras in de rotatie was vooral groot op bedrijven waar het aandeel gras nog klein was.
Nieuwe index maakt vergelijking mogelijk
Een belangrijke bevinding uit het onderzoek is dat veranderingen in bodemkoolstof op perceelsniveau lastig betrouwbaar te meten zijn. Om bedrijven en percelen met elkaar te kunnen vergelijken, stelden de onderzoekers een nieuwe maatstaf voor: de SOC_PG170-index. Deze index geeft aan hoeveel koolstof er momenteel in de bodem zit ten opzichte van het maximaal haalbare koolstofniveau onder blijvend grasland met 170 kg stikstof uit dierlijke mest per hectare per jaar.
De index laat zien hoeveel opslagruimte er nog is. Bedrijven met een lage score hebben relatief veel potentieel voor extra koolstofvastlegging. Bij een hoge score ligt de nadruk meer op behoud van bestaande voorraden. De onderzoekers pleiten ervoor om beide vormen, opslag en behoud, mee te nemen in toekomstige beloningssystemen rondom koolstofvastlegging