Weidebesmetting onmisbaar voor weerstand tegen longworm

Jongvee moet een lichte weidebesmetting doormaken om weerstand op te bouwen tegen longworm.

Vaccineren is een goede mogelijkheid om de risico’s van een longwormbesmetting te beheersen, maar is als enige maatregel onvoldoende voor het opbouwen van weerstand, meldt GD.

Contact met longwormlarven

Om in hun latere leven voldoende beschermd te zijn tegen longworm, moeten jonge dieren weerstand opbouwen. Als dit niet gebeurt kan dit tot klachten leiden bij de vaarzen. Voor het opbouwen van weerstand is het nodig dat jonge dieren een weidebesmetting doormaken. Dat wil zeggen dat ze in contact komen met longwormlarven.

Vaccineren beperkt risico’s

Het risico van een besmetting is dat deze uit de hand loopt, waardoor de dieren longbeschadigingen oplopen waar ze de rest van hun leven last van hebben. Vaccineren tegen longworm is een methode om dieren met een basisweerstand de wei in te sturen waardoor klachten worden voorkomen of milder verlopen.

Ook na vaccinatie de wei in

Echter, ook na vaccineren is het voor het opbouwen van weerstand nodig dat jongvee een weidebesmetting doormaakt. Dit betekent volgens GD dat dat de dieren vanaf twee weken na de tweede longwormenting weidegang krijgen en in contact komen met longwormlarven. Ook mogen tot minimaal vier weken na de tweede vaccinatie bij deze dieren geen wormmiddelen worden gebruikt.