Inteeltgraad Canadese holsteins nadert tien procent
De inteeltgraad van vaarskalveren van het holsteinras lag in Canada vorig jaar op net geen tien procent.
De jaarlijkse toename van de inteeltgraad blijft met 0,25 procent nipt binnen de grens die door wetenschappers als veilig wordt geacht. Dit blijkt uit een publicatie van de Canadese veeverbeteringsorganisatie Lactanet.
Inteelttoename bepaalt vitaliteit
De holsteinvaarskalveren die in 2024 in Canada werden geboren, hadden een gemiddelde inteeltgraad van 9,99 procent. Volgens wetenschappers zegt dit percentage echter niet direct iets over de vitaliteit van het ras. Veel bepalender hiervoor is de snelheid waarmee de inteeltgraad toeneemt. De FAO, de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties, hanteert een toename van de inteeltgraad met één procent per generatie als veilige grens. Bij een gemiddeld generatie-interval bij melkvee van vier jaar komt dit neer op een toename met 0,25 procent per jaar. Dit is ook de richtlijn die wordt gehanteerd door de World Holstein Friesian Federation (WHFF).
Binnen veilige marge
De toename van de inteeltgraad binnen het Canadese holsteinras kende in de afgelopen vijftig jaar een golvend verloop. Tussen 1970 en 1990 bleef de toename beperkt tot minder dan 0,10 procent per jaar. In het daaropvolgende decennium piekte dit naar 0,27 procent per jaar om daarna weer te dalen naar minder dan 0,10 procent. Tussen 2010 en 2020 bedroeg de toename 0,25 procent. Hiermee blijft de inteelttoename dus nipt binnen de veilige marge.
Inteeltgraad Jersey, brown Swiss en Ayrshire rond 7 procent
Met een stijging van respectievelijk 0,11, 0,12 en 0,12 procent per jaar was de toename van de inteeltgraad bij de jerseys, brown swissen en ayrshires ongeveer de helft van die bij de holsteins. Het inteeltpercentage van de jerseys die werden geboren in 2024, was 7,56 procent. Voor de brown swissen lag dit op 7,10 procent en voor de ayrshires op 6,89 procent.
Kleine rassen beperken inteelttoename
Opvallend is dat de toename van de inteeltgraad bij ‘kleine rassen’ lager is dan bij de vier grote rassen. Zo nam tussen 2010 en 2020 de inteeltgraad bij de milking shorthorns toe met slechts 0,06 procent per jaar en bij de guernseys en canadiennes met 0,09 procent per jaar. Met een gemiddelde inteeltgraad van 10,33 procent waren de vaarskalveren van het canadienne-ras wel het meest aan elkaar verwant. Binnen het guernsey-ras was de inteeltgraad 7,14 procent. De milking shorthorns hadden met 3,01 procent de laagste inteeltgraad van alle rassen.
