Fokkerij

In de VS in 15 jaar 19 procent meer melk met zelfde aantal koeien

Genetica heeft in de VS bijgedragen aan een flinke verhoging van de melkproductie
Genetica heeft in de VS bijgedragen aan een flinke verhoging van de melkproductie

De totale melkplas in de VS is in 15 jaar tijd met 19,2 procent gegroeid, terwijl de omvang van het aantal melkkoeien maar met 1 procent steeg naar 9,3 miljoen koeien. 

De productie van het aantal kilo’s melkvet steeg met 32,2 procent zelfs nog veel harder. Dat schrijft CoBank, een Amerikaanse coöperatieve bank, in een analyse over de Amerikaanse melkveehouderij.

Enorme progressie dankzij genomic selection

In de analyse schrijft CoBank die toename in melk en melkvet vooral toe aan de introductie van genomic selection. Zo wijst de bank op de toename in genetische vooruitgang van de Amerikaanse stieren voor Net Merit. In de periode tot 2005, het jaar dat genomic selection zijn intrede deed in de fokkerij, was de genetische vooruitgang 13,50 dollar per 100 pond melk per jaar. In de eerste periode (2005-2010) dat genomic selection door ki-organisaties werd ingezet, verdubbelde dit ruimschoots naar 36,9 dollar per jaar. Sinds 2010 gaat het door verfijnde fokkerijtechnieken nog sneller: de Net Merit van de gemiddelde Amerikaanse stieren stijgt jaarlijks 83,33 dollar.

Melkproductie is duurzamer geworden

De onderzoekers van CoBank roemen de gestegen duurzame productie van de Amerikaanse melkveehouderij. De opmars van het genomic testen van vrouwelijke dieren in combinatie met gesekst sperma heeft het inzetten van vleesvee op melkkoeien immers flink aangewakkerd. Het resultaat is dat er minder jongvee opgefokt hoeft te worden, waardoor de methaanuitstoot daalt. Volgens CoBank hebben kruislingkalveren dezelfde voerefficiëntie als raszuivere vleesveekalveren, of zelfs beter. 

Figuur 1 – Genetische vooruitgang in de VS op basis van NM$
Figuur 1 – Genetische vooruitgang in de VS op basis van NM$

Nog veel ruimte voor genetische verbetering

Dat CoBank alle credits voor de gestegen melkproductie in de VS geeft aan genetica, is vast niet helemaal terecht. Ook nieuwe inzichten in voeding, huisvesting en gezondheid zullen een rol gespeeld hebben afgelopen vijftien jaar. De onderzoekers van CoBank vroege fokkerijspecialisten van het Amerikaanse rekencentrum CDCB of de het einde van de genetische potentie in zicht is. Het antwoord: nog lang niet. Als de best mogelijk denkbare combinatie van genen wordt gemaakt, dan heeft de ideaal denkbare stier een fokwaarde van Net Merit van 5772 NM$. Dat is nog ver verwijderd van de gemiddelde fokwaarde van 1361 NM$. Of, zoals de onderzoekers schrijven, er is nog ruimte voor een verbetering van 324 procent.